We hebben meer tijd tegenwoordig. Om alledaagse dingen bewust te doen en mee te maken bijvoorbeeld. Zoals tandenpoetsen (hoeveel keer zou ik nog kunnen poetsen met deze tube tandpasta?). Koffiezetten (het is mijn vierde kopje vandaag en die laatste tas smaakte precies niet zoals de derde). Het groenbakje naar de berging brengen (die bakjes geraken snel vol!). Alle zéér essentiële overwegingen. En die acties tegelijk even snel te vergeten. Want welke dag zijn we? En heb ik dat gisteravond niet ook al gedaan? Of was dat vorige week? Kalenders en uurwerken zijn nauwelijks nog van tel. We zitten op kalme, open zee wat dat betreft.

Tijd dus. Om te poetsen. Het schijnt een hype te zijn: iedereen heeft dezer dagen een huis dat glanst, kasten netjes geordend (inhoud net niet genummerd of alfabetisch), oude kleren gesorteerd en naar de kledingbak gebracht. Na amper twee dagen ligt er verdorie wéér stof onder het bed. Vroeger was dat niet zo. Of zagen we dat stof niet. Of wilden we het niet zien. Of trokken we er ons niets van aan. “Nu” is anders. Je zou zowaar meteen opnieuw beginnen poetsen. Hygiëne boven alles. Maar dat is een ander verhaal.

Om zelf brood te bakken. Ook een hype. Want de bakkers zijn nog steeds open, brood is nog steeds te koop. En gebakjes. En taart. En cake. Maar: we bakken het allemaal zelf. We keren zo graag terug naar het ambachtelijke leven, dat we eigenlijk niet eens zelf gekend hebben. Nostalgie schijnt niet noodzakelijk naar de dageraad van onze eigen tijd te richten. Of naar iets dat echt heeft bestaan. Maar ook dat is een ander verhaal. 

Om voor de tweede keer hetzelfde boek te lezen. Nochtans: boeken genoeg in de wereld. En een mens kan naar het schijnt maar om en bij de 300 boeken aan in zijn leven. Iets in mij wil dat niet geloven, omdat de mens zo veel letters en woorden en zinnen en verhalen zal moeten missen… En weer is dat een ander verhaal.

Tijd om bewust met taal bezig te zijn. Wat is het verschil tussen “bakken” en “opbakken” eigenlijk? En waarin is “afkruiden” anders dan “kruiden”? Is “ontdooien” logischerwijs niet “ontvriezen”? Waarom noemen we het “social distancing” in plaats van “physical distancing” – wat het éigenlijk is – ? Allemaal zéér essentiële gedachten. Haha. Zoals: ik stop midden in een zin, omdat ik niet meer weet hoe ik ‘m begon. En wat ik wilde zeggen. Nochtans, het was iets essentieels, me dunkt. 

Ik wil een glas wijn inschenken. Net voor het vocht het wijnglas raakt, merk ik dat ik de melkfles in mijn handen heb. We hebben te veel tijd tegenwoordig. Zodat we ons vergissen in alledaagse dingen bijvoorbeeld. Cabernet Sauvignon demi-écrémé.

Posted by:Sofie De Vriese

Germanist en gek op taal. Van het eerste tot het laatste woord. Ik hou van sterke verhalen. En die zijn niet alleen te vinden in een een roman of film. Verhalen zitten gewoon òveral! Meer dan 20 jaar werk ik voor magazines, vakbladen, bedrijven, organisaties en televisie. Ik voelde me jaren thuis in architectuur, interieur, design en cultuur. Nog steeds overigens, maar gaandeweg heb ik mijn domein uitgebreid. In mijn portfolio zitten ondertussen realisaties van de meest uiteenlopende onderwerpen. En kwamen er toegepaste fotografie en vormgeving bij. Variety is the spice of life! Aandachtig naar je luisteren. Je de juiste vragen stellen. Tussen de regels lezen. Me inleven in jouw boodschap, thema of event. Zo komt de essentie van wat jij kwijt wil, naar boven.